Wachten op het startsignaal

 

We willen de enkele minuten die ons nog scheiden van het startsignaal gebruiken, om zoals in een roman, U de hoofdpersonages voor te stellen. Je moet dus weten wie er mee reist, de beroemde wetenschapper Gabeur, de technieker Wouwie, zijn secretaresse, van wie we reeds gesproken hebben en mezelf zijn.

 

 

Gabeur, een oude zeebonk, het type ontdekkingsreiziger.

We hebben ook de tijd om enkele metingen uit te voeren: onze manometer geeft een absolute druk van 10,14 bar aan en de temperatuur is 24° C.

Zeg eens, dat is toch dezelfde temperatuur als buiten voor de start?

Natuurlijk. Onze installatie heeft meerdere uren stil gestaan. De temperatuur buiten en binnen zijn dus gelijk.

Zijn de temperaturen binnen en buiten dan altijd gelijk?

Juffrouw Patricerf, jij stelt graag vragen, maar wees niet te naïef. Wat zou men anders van ons denken? Neen, de temperatuur in de vloeistoftank veranderd. In een luchtgekoelde installatie is de temperatuur minstens dezelfde als de omgevingstemperatuur, maar tijdens de werking van de installatie stijgt de temperatuur. Laat ons echter niet vooruit lopen op de feiten. De reden hiervoor vinden we op de terugweg van onze rondreis die hier terug eindigt.

 

Wouwie, een typische Parisien met veel fantasie, had het liefst zijn tandem meegebracht op deze expeditie.

 

 

Laat ons nu eens markeren in welke toestand we ons hier bevinden in de vloeistoftank (punt A). Dit punt wordt gekenmerkt door 24° C en 10,14 bar. Het ligt natuurlijk op de vloeistoflijn van ons Mollier-diagram.

Laat ons dat eens nauwkeuriger bekijken.

Onze R22 is nog wat viskeus en bevat smeerolie. Een analyse zegt ons: 89% R22 en 11% olie.

Is deze verhouding altijd dezelfde?

Neen, ze veranderd eigenlijk constant, maar een percentage van ca 10% olie vind je in de meeste koelinstallaties.

 

De verteller. Hij heeft een hoog voorhoofd, zoals het een wetenschapper past. De nogal zwaar gebouwde middelste helft van zijn lichaam, verraad dat hij een fijnproever is.

 

Nu willen we het koelmiddel verlaten en naar de oppervlakte stijgen. De tank is immers niet volledig vol, maar slecht voor een derde gevuld.

Natuurlijk, we moeten er immers rekening mee houden dat de volledige koelmiddelinhoud van de koelinstallatie hier terecht moet kunnen, bijvoorbeeld bij een herstelling. Overigens, bij 24° C heeft het koelmiddel een soortelijk volume van 0,835 l/kg.

Wanneer echter de temperatuur van R22 stijgt tot bijvoorbeeld 41° C dan is het soortelijk gewicht 0,88 l/kg.

Dat is een volume toename van meer dan 5%, zegt Wouwie onze rekenexpert.

Dat is misschien niet veel, maar we moeten er wel rekening mee houden. Over het algemeen heeft de vloeistoftank ongeveer 20 tot 25% meer inhoud dan deze die nodig is om de volledige koelmiddelinhoud te bevatten.

Kijk eens hoeveel damp er hier hangt, je stikt er bijna van! Zie je hoe de damp neerslaat op de wanden van de tank en langs de wanden naar beneden loopt.

Natuurlijk, koelmiddel in vloeibare toestand verdampt constant. Door de aanwezigheid van de damp verkrijgen we de druk die we juist gemeten hebben.

Kijk, de R22 moleculen deinen uit, alsof ze van het vloeistof oppervlak willen wegspringen. Ze worden dan damp. De damp moleculen willen dan weer vloeistof worden en lopen langs de wanden terug naar het vloeistof oppervlak. Kort gezegd, er heerst steeds onrust in de vloeistoftank. Zo is het bijvoorbeeld ook in een benzinetank.

Opgelet, de installatie werd in werking gesteld! Op het oppervlak ontstaan er golven, zoals op de zee, die van wand naar wand slagen. Dit komt door het draaien van de compressor. Door de opening aan de condensorkant kan je de eerste druppels naar beneden zien vallen. Wat een mooie waterval! De druppels schitteren in alle regenboogkleuren onder het licht van onze zaklamp.

Zouden we niet verder gaan? Het wordt hier steeds erger!

Neen, we hebben nog wat tijd.

We beginnen onze wetenschappelijke excursie het best wanneer alles normaal functioneert, dit wil zeggen, als het ganse systeem in evenwicht gekomen is.

We starten binnen vijf minuten. Overigens duurt het voor onze molecule, zoals voor al de andere die hier aanwezig zijn, wel even tot we de uitgangsopening, die hier ca 4 cm onder het oppervlak ligt, gevonden hebben.

Wat is dat daar?

Een waterdruppel!

Verduiveld, daar hebben we geen rekening mee gehouden! Die kan ons nog veel last bezorgen.

Hebben we dan geen filter droger in de installatie?

Ja, gelukkiglijk wel! Maar toch ben ik wat wantrouwig.

Van waar komt deze vochtigheid?

Tja, ze komt sneller binnen dan dat we tijd die we nodig hebben om ze weer buiten te krijgen.

Je wou weten vanwaar de vochtigheid vandaan kwam? Wel dat ligt aan bepaalde nalatigheden. Een koperen leiding komt bijvoorbeeld uit een koude plaats en je opent de buis in een warme vochtige plaats, bv. de keuken, en onmiddellijk slaat het vocht van de lucht op de binnenkant van de buis neer.

Je gebruikt een stukje buis en laat de rest geopend liggen.

Je plaatst de buis in de installatie en de verbindingen worden niet onmiddellijk gesloten: resultaat weer vochtneerslag...

Wanneer je de compressor vult met olie en deze niet onmiddellijk terug afsluit, zal de olie het vocht van de omgeving opslorpen.

Wat zeg je, neemt olie vocht op?

Natuurlijk!

Wanneer je vacumeert en de installatie is niet lekdicht zal water samen met de lucht in de installatie komen.

En het ergste is, dat het vocht onze smeerolie en het koelmiddel aantasten, waardoor de olie zijn smeereigenschappen verliest, en er zich zuren kunnen vormen die zeer gevaarlijk zijn.

Water en vochtigheid moeten ten alle tijde vermeden worden.

Waarom zwemt deze waterdruppel naar de oppervlakte?

Naïeveling! Omdat hij lichter is natuurlijk. De dichtheid (dat is de massa in kg van 1dm3 van een stof) van R22 is bij 24° C ca 1,2 en die van water slechts 1,0.

Maar waarom zwemt de lichtere olie dan niet naar de oppervlakte?

Omdat de olie zich mengt met het koelmiddel, zoals alcohol met water.

Voor we verder gaan, zullen we nog eens opnieuw metingen uitvoeren. Kijk de temperatuur is verhoogd omdat het koelmiddel, dat uit de condensor komt, warmer is. Nu meten we 35° C. De druk is ook veel hoger. Deze is nu 15,27 bar overeenkomstig de condensatiedruk. Ten opzichte van de bij die druk horende temperatuur blijkt ons koelmiddel onderkoeld te zijn. Laat ons deze toestand als het punt B in het diagram optekenen. De temperatuur is lichtjes verhoogd, de druk is echter veel hoger geworden.

Vooruit, neem je meetinstrumenten en je zaklamp beet, zodat we ons naar de uitgang van de vloeistoftank kunnen bewegen. Ja dat buisje daar. We bevinden ons nu in de vloeistofleiding.

Daar wordt het beslist prettig. Oh, mijn hond!

Je hond, juffrouw? Heb jij je hond meegenomen?

Ja, mijn teckel. Wij zijn onafscheidelijk.

Arme kleine teckel! Indien Patricerf had kunnen voorzien wat haar te wachten staat, had ze zonder twijfel haar hond, op zijn kussen, waar hij normaal als een steen slaapt, achtergelaten.

Home Kaart Volgende hoofdstuk